CareX stelt zich ten doel om leegstand te vervangen door maatschappelijk, zinvol gebruik. Leegstand is nergens goed voor, tijdelijke bewoning en tijdelijke werkruimte voegen waarde toe aan de samenleving. Op deze blog verschijnen regelmatig reportages over opmerkelijk gebruik van de panden van CareX. De artikelen zijn geschreven door Albert-Jan Bosch. (boschrijft)



http://www.carex.nl/



donderdag 14 juli 2011

Open Studio’s Groningen #2 Zondag 17 juli

Op zondag 17 juli vindt de tweede editie plaats van Open Studio’s Groningen. Vijf ateliercomplexen met in totaal bijna honderd kunstenaars en vormgevers openen hun deuren voor het publiek.


Diverse activiteiten zetten het evenement dit jaar extra luister bij. Zo neemt De Trefkoel, dat zeer binnenkort onder de slopershamer gaat, stijlvol afscheid met de expositie Guilty By Association met diverse gastkunstenaars, en voorziet Loods ZZ7 (in de voormalige medicijnenopslag van het UMCG) in een muzikaal programma van Lepel Concerts en een netwerkborrel. Tevens presenteert het collectief SUBMUD hier de expositie Nu en eerder.
Alle ateliers zijn van 12:00 tot 19:00 geopend. Entree is gratis. De netwerkborrel en de optredens van Lepel Concerts vinden plaats in De Oude Drukkerij (naast Loods ZZ7) van 19:00 tot 23:00.


http://openstudiosgroningen.wordpress.com/

dinsdag 12 juli 2011

De Oude LTS in Winschoten komt weer tot leven

Ook buiten de stad Groningen neemt CareX panden in beheer. Vandaag verlaat ik de stad en reis af naar Winschoten. Daar is sinds een jaar de Oude LTS onder de hoede van CareX. Vlakbij het station is een nieuwe locatie (V)MBO verrezen. De Campus herbergt het technisch, verzorgend en consumptieve onderwijs in deze regio. Tot voor kort werden de lessen verzorgd op de Poststraat. Onbekend in Winschoten als ik ben, parkeer ik op goed geluk op een pleintje in een negentiende-eeuwse wijk. De woningen ademen nog iets van grandeur uit. Volgens de aanwijzingen moet hier ergens de Oude LTS te vinden zijn. Als ik wat ronddwaal, valt het op dat er veel is weggebroken in het centrum van Winschoten. Er is veel open ruimte. Na ettelijke braakliggende terreinen en parkeerpleinen kom ik uit voor het gebouw van de Oude LTS.

Om in een CareX-pand binnen te komen is een mobiel onmisbaar. ‘Bel me maar even als je voor de deur staat, dan open ik wel,’ had Luuk Verpaalen mij gemaild. Luuk is de hoofdbewoner die mij alles zal vertellen over de technische school. Ik weet dat als hij ons telefoongesprekje heeft beëindigd, het een tijdje zal duren eer hij bij de voordeur is; de routes in CareX-gebouwen zijn lang. Terwijl ik wacht, bekijk ik de voorkant van de oude ambachtsschool. Het is een imposant gebouw met een langgerekte bakstenen gevel en metalen raamkozijnen. Opvallend netjes staat het gebouw erbij. De sponningen van de voordeur zijn oranje geverfd, merkwaardig modern in dit naoorlogse uiterlijk. Op de gevel is in reliëf afgebeeld in welke vakken je je hier kon bekwamen: timmeren, metaalbewerking, die weet ik er uit te pikken.

Luuk gaat mij voor door de gangen. Lang en betegeld, dus galmend, is de gang die ons op de tweede verdieping leidt naar zijn woonruimte. De aaneengeschakelde lokalen op de hoek van het pand zijn slim ingericht. Met een enorme boekenkast en een barretje – dat uit het gesloopte noodgebouw werd gered – heeft Luuk een afscheiding gemaakt. Links van de boekenwand wordt gewerkt en bezoek ontvangen, rechts wordt ontspannen, getuige het biljart en de luie banken. Luuk rondt zijn kennismakingsgesprek af met een kunstenaar die binnenkort in de oude LTS een atelier gaat betrekken. Als de jongen is vertrokken steekt Luuk van wal.

Luuk had nooit gedacht dat hij in Winschoten zou gaan wonen. Jarenlang leefde hij in Groningen, waar hij een café dreef en een druk leven in cultureel Groningen leidde. ´Maar´, zegt hij als hij tevreden rondkijkt in zijn ruime vertrek, ´toen ik hier binnenkwam, wist ik dat dit het was. Als ik nu met de trein vanuit de stad hierheen ga, dan voelt het als naar huis gaan. Er heerst hier rust.´

Hij vertelt dat hij meteen de potentie van de oude school zag. Al snel begreep hij dat er in Winschoten geen goede plek is voor creatieve initiatieven. Een goedkoop atelier voor kunstenaars, of ruimte voor bandjes en zang- of toneelgroepen om te repeteren ontbreekt er. Ook moet Winschoten het stellen zonder filmzaal. Luuk staat niet alleen met zijn ideeën. In de lokale politiek begon de herbestemming van het gebouw ook te leven. De Verenigde Communisten namen het voortouw en stelden een plan op om het gebouw te gebruiken voor creatieve doeleinden. In hun voorstel aan de gemeenteraad van Oldambt riepen zij op de oude LTS niet te slopen. De LTS moest niet alleen dienen als kunstvoorziening, maar ook als woonplek en als locatie voor startende bedrijfjes.

Om het bestaansrecht van het idee te staven, organiseerde men op 5 maart j.l. een open dag. De dag stond in het teken van ‘Zo kan het worden.’ Het liep storm, vertelt Luuk. Mensen stonden om 9 uur al voor de deur. Deels uit nostalgie, uit heimwee naar de schooljaren, deels uit nieuwsgierigheid naar de mogelijkheden. Luuk had zich ingesteld op enkele tientallen bezoekers, maar werd overvallen door de toeloop. Eigenlijk was hij de hele dag bezig met het inschrijven van mogelijke ateliergebruikers. De burgemeester van Oldambt kwam en hield een toespraak waarin hij de toekomst van de oude LTS hoopvol beschreef. De open dag heeft de plannenmakerij in een stroomversnelling gebracht. De wethouder en de raad zijn positief om van de Oude LTS een creatief knooppunt te maken. Er wordt druk overlegd in Winschoten.

Ondertussen staat het schoolgebouw niet leeg. Luuk leidt mij rond. Omdat het een technische school is geweest zijn diverse lokalen modelwerkplaatsen, groot en robuust. In een lokaal richt een man en een vrouw tussenwandjes op. Binnenkort gaan ze hier wonen. In een ander lokaal worden de Social Sofa’s gemaakt. Twee mannen bekleden betonnen bankjes met mozaïeken van kleine gekleurde steentjes. Verderop in het gebouw zijn twee begeleiders van de NOVO bezig met een groep jongeren. Zij maken van hout manshoge beelden. De jongeren hebben de ridders en jonkvrouwen met veel kleur zelf ontworpen. Hun fantasierijke kunstwerken zijn bestemd voor de tuin en de inrichting van een opvanghuis in Wedde.

Ooit leerden leerlingen in dit gebouw hoe zij moesten koken. De keuken is deels onttakeld. Luuk betreurt het want hier hadden kookworkshops gehouden kunnen worden. Hij neemt me mee naar de eerste verdieping. In een voormalig vaklokaal heeft hij zijn meterslange legertent opgezet. De tent moet drogen en opgeknapt worden. Met de tent wil hij festivals langsgaan. Vorig jaar stond hij op Habana in Nijmegen, tijdens de feestelijke activiteiten van de Vierdaagse. Het voorste deel van de tent is bestemd voor optredens, achterin komt de bar. Hij hoopt er dit jaar mee op Noorderzon en Oerol te verschijnen. Onder de tentkamer is de voormalige kantine. Daar zou Luuk zijn theatercafé willen vestigen. Een podium voor kleine theaterproducties, filmvoorstellingen en na afloop een drankje. Enthousiast staat hij naar de nog lege kantine te kijken. De schade die brandstichting een jaar geleden aanrichtte is bijna verholpen. Binnenkort komt er een nieuwe vloer in.

Binnenkort. Het woord is vaak gevallen tijdens mijn bezoek. Luuk is druk bezig met de tijdelijke invulling van het pand. Ook hier is sprake van de leegstand voorbij. Doordat CareX er bij betrokken werd, is het gebouw nieuw leven ingeblazen en is het nadenken over een nieuwe functie van de ruimte verbreed. Als het aan Luuk ligt, blijft het niet bij nadenken. Hij zet zich in om van het verlaten schoolgebouw weer een bruisend geheel te maken. Net als ooit hier met honderden scholieren het leven in de gangen en lokalen stroomde, zal binnenkort de creatieve stroom gaan vloeien. Winschoten gaat wat beleven. Binnenkort.

http://www.inhetoldambt.nl/lts

http://www.dvhn.nl/nieuws/groningen/article6703539.ece/Stormloop-in-oude-LTS-Winschoten

http://www.youtube.com/watch?v=V3V7lxsnCsM

http://www.gemeente-oldambt.nl/index.php?mediumid=37&pagid=2655&stukid=20753

http://www.vcp.nu/nieuws/LTS_Zo_Kan_Het_Worden_Dag_groot_succes.htm

De Hoogte en de Antillenstraat: rust en rumoer

Ondertussen heb ik al heel wat gezien in de panden die CareX beheert. Overal zag ik de vindingrijkheid van mensen die in niet alledaagse gebouwen hun wonen en werken. Ik blijf me verwonderen over de creativiteit en het aanpassingsvermogen van de bewoners. Vandaag zal ik van beide weer voorbeelden zien.

Op een zonnige winterse donderdagmiddag rijd ik mee met een van de medewerkers van CareX. Hij moet wat inspecties doen in panden. We rijden eerst naar De Hoogte. In deze noordelijke wijk voert woningbouwvereniging ‘De Huismeesters’ een grootschalige renovatie uit. In deze twintiger jaren wijk moeten wij in de Hermanstraat zijn. Aan de noordkant van de straat zijn bouwvakkers bezig met de vervanging van de daken. De huizen krijgen betere warmte- en geluidsisolatie. Het karakter van de huizen blijft ongewijzigd. De andere kant van de straat is nog niet onder handen genomen. Wel zijn de bewoners al verhuisd; sommigen zullen terugkeren. Zolang de verbouw hier nog niet gestart is, zorgt CareX voor tijdelijke bewoners. Een deel van deze mensen heeft zo op diverse plekken in de Hoogte gewoond; de bouwvakkers volgen hun spoor. CareX regelt dit proces. Het idee is dat zolang de huizen bewoond blijven, ook al is het tijdelijk, er geen vandalisme gepleegd wordt. De wijk blijft zo leefbaar.

Er moet gecontroleerd worden of de voorlopige bewoners hun woonplek netjes hebben opgeleverd. De bouwvakkers moeten kunnen starten zonder eerst te moeten opruimen. Van één adres is doorgegeven dat het niet helemaal volgens de afspraken is achtergelaten. We lopen langs de huizenrij en kijken af en toe door de ramen naar binnen. In al de woonkamers zijn de ruwe vloeren zichtbaar. Wanden zijn hier en daar geverfd, maar meestal voorzien van lichtgekleurde behangetjes. Geen raam is ingegooid, nergens is graffiti te zien. In het huis waar we moeten zijn, is het netjes. We moeten goed zoeken naar wat er eigenlijk mis. Alle vloeren zijn kaal, de wanden ook. Uiteindelijk concluderen we dat het gaat om een stuk vloerbedekking op de overloop. De laatste tijdelijke bewoner zal dat nog even moeten weghalen. Door de bemoeienis van CareX kan de renovatie in De Hoogte zonder verstoringen plaatsvinden.

De volgende plek op onze route is een bedrijventerrein tussen de Oosterhamrikkade en de Korreweg. Aan de Antillenstraat komen we voor een groot bedrijfspand te staan. VESPRO staat in blauwe letters op de gevel. De loods wordt verhuurd als opslag. Degelijke sloten belemmeren de toegang. Aan de loods zit kantoorruimte vast. Hier wonen op de eerste etage mensen. Nog altijd hangt het bordje ‘directie’ op een van de deuren. Onder de woonvertrekken is het voormalige magazijn. Daar is een repetitieruimte gekomen. De tussenwanden zijn voorzien van geluidsisolatie. Twee jongens verslepen hun apparatuur en instrumenten. De overige ruimte dient voor optredens. Tussen het bescheiden podium en een van sloophout getimmerde bar is een meisje bezig de vloer te dweilen. Doel van ons bezoek is te kijken of er geen onveilige situatie is. De vluchtwegen zijn vrij gehouden en er hangen groene nooduitgangbordjes. Het komende optreden kan veilig plaatsvinden.

Opnieuw ben ik verbaasd. Inventief heeft men hier een plek gecreëerd waar ongestoord muziek kan worden gemaakt. Als ik later achter mijn laptop op internet zoek naar ‘Vespro’ en ‘Antillenstraat’ zie ik tal van verwijzingen naar de muzikale uitspattingen in de Vespro-loods. Ik leer namen kennen als ‘Artificial Audio’, ‘Tides from Nebula’, ‘June in December’ en ‘Channah’. Het podium op de Antillenstraat is opnieuw een bewijs dat CareX bijdraagt aan de versterking van het alternatieve cultuurklimaat in de stad Groningen. Door de bemoeienis van CareX in De Hoogte en in de Antillenstraat blijven deze plekken leefbaar.